Dit is een eigen SchriftWoord vertaling van
Johannes
Hoofdstuk 2

   
(Ga met de muis op een groene naam staan, dan ziet u de betekenis.
Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst.
Klik op "Commentaar" en u krijgt een stukje tekst dat slaat op dit vers)


1 En in de derde dag was er een bruiloft in Kanaplaats van riet in °Galileakring. En de moeder van °JezusJAH redt was daar. [Commentaar]
Concordant Commentaar op het NT door A.E. Knoch

1

Kanaplaats van riet betekent in het Hebreeuws "verkrijgen". Het huwelijksfeest is een teken van de tijd wanneer de Zoon het koninkrijk verkrijgt, en zoals de bruidegom opgetogen is over de bruid, zo zal Hij opgetogen zijn over Israëlstrijder van God (Jes. 62:3-5). Zolang ze op de wet vertrouwen, die gegraveerd was in steen, zullen ze gebrek hebben aan de wijn die het hart van Godgrieks: Theos - Plaatser of Onderschikker en stervelingen verblijdt (Richt. 9:13). Wanneer ze terug gebracht worden bij JAHWEH, zal Hij Zijn wetten schrijven in hun harten. Dit is het nieuwe verbond dat Hij in die dag met hen zal maken (Jer. 31:31-33). Dan zal Hij het veel grotere wonder verrichten van omvormen van recht naar verheugen en rechtvaardigheid in blijdschap. De kracht om water om te vormen in wijn was het teken dat Hij bij machte is om hun harten te vullen met de blijdschap en vreugde die alleen binnen het koninkrijk kan komen. Hij is de ware Wijnstok.

Daarom is Hij de MessiasGezalfde. Over het algemeen verhult dit het principe dat Godgrieks: Theos - Plaatser of Onderschikker het beste nog voor Zijn schepselen gereserveerd heeft en dat hun tekort een les is om hen naar een waardering van Zijn goedheid te leiden. Mensen zette eerst hun beste op tafel, maar Godgrieks: Theos - Plaatser of Onderschikker bewaard het beste voor het laatst. Zijn heiligen zullen verzadigd worden, maar nooit beu van Hem Die de nooit falende bron van blijdschap is. Het beste is er altijd al, maar de slechte wijn heeft als doel de goede aan te bevelen.


2 En ook °JezusJAH redt en Zijn °leerlingen werden tot de bruiloft geroepen.
3 En omdat er een tekort aan wijn was*, zegt de moeder van °JezusJAH redt tot Hem: "Zij hebben geen wijn!"
4 En °JezusJAH redt zegt tot haar: "Wat is het met Mij en met u, vrouw? Mijn °uur arriveert nog niet."
5 Zijn °moeder zegt tot de bedienden: "Wat Hij ook maar tot jullie zal zeggen, doet het!"
6 Er waren daar nu zes watervaten van steen, daar liggend overeenkomstig de reiniging van de Joden, respectievelijk twee of drie metreten plusminus 40 liter bevattend.
7 En °JezusJAH redt zegt tot hen: "Vult de watervaten tot de rand met water." En zij vullen* ze tot de rand, tot bovenaan.
8 En Hij zegt tot hen: "Put nu en brengt het naar het hoofd van de eetzaal." Zij nu brengen* het.
9 Als nu het hoofd van de eetzaal het water, dat wijn was geworden, proeft* en niet had waargenomen waarvandaan het is - maar de bedienden hadden degenen waargenomen die het water geput hadden - ontbiedt het hoofd van de eetzaalkamer de bruidegom,
10 en hij zegt tot hem: "Elk mens plaatst eerst de ideale wijn en wanneer ook maar zij dronken zullen zijn dán de mindere. U heeft de ideale wijn tot dit moment bewaard."
11 Dit begin van de tekenen doet* °JezusJAH redt in Kanaplaats van riet in °Galileakring en Hij maakt* Zijn °heerlijkheid openbaar. En Zijn °leerlingen geloven* in Hem.
12 Hierna daalde Hij af tot in Kapernaümdorp van rust of dorp van Nahum , Hij en Zijn °moeder en Zijn °broeders en Zijn °leerlingen. En daar blijven* zij niet vele dagen.
13 En het Paschahet paasmaal van de Joden was nabij en °JezusJAH redt ging omhoog tot in Jeruzalemstad van (de god) Salem - vredestichter. [Commentaar]
Concordant Commentaar op het NT door A.E. Knoch

13

Omdat het bijna Paschahet feest ter herinnering aan de uittocht uit Egypte was, en ieder Joods gezin zich er op voorbereidde door alle gist uit hun huizen te verbannen (Exo. 12:15), ging de Heer op naar het huis van Zijn Vader om het te reinigen van de gist van hebzucht (1Kor. 5.10). De priesters konden er niet van dromen dat gevreesde gist in de meest heilige plaats in heel het land was! Terwijl het kleinste huis gereinigd werd van letterlijke gist, stonden de priesters in feite toe dat er geestelijke gist was in de hoven van JAHWEH. En daarbij: hebzucht was afgoderij (Kol. 3.5). Ze roemden dat zij gruwden van alle afgoderij, maar hier vinden we het zelfs in het huis van Godgrieks: Theos - Plaatser of Onderschikker! Het was dan ook geen wonder dat de Heer op ging naar Jeruzalemstad van (de god) Salem - vredestichter. Hij vond het nodig het huis van Zijn Vader te reinigen ter voorbereiding van het komende Paschahet feest ter herinnering aan de uittocht uit Egypte. Hij dreef de dieren weg met een kleine zweep, en Hij beval de schuldigen het tempelgebied te verlaten. Afgoderij en gist zouden geen veilige haven mogen vinden in het huis van Zijn Vader!


14 En Hij vond in de gewijde plaats die runderen verkopen en schapen en duiven, en de geldwisselaars, zittend.
15 En een zweep makend* vaneig, vanuit touwen, wierp Hij allen uit de gewijde plaats, bovendien de schapen en de runderen. En van de makelaars giet* Hij de kleingelden uit en de tafels keert* Hij ondersteboven.
16 En tot die de duiven verkopen zei Hij: "Neemt deze dingen weg, hier vandaan, maakt het huis van Mijn °Vader toch geen huis van handelsplaats!"
17 En Zijn °leerlingen worden er aan herinnerd* dat het is geschreven: "De geestdrift van Uw °huis zal Mij opeten."
18 De Joden dan antwoordden en zeiden tot Hem: "Welk teken toont u aan ons, dat u deze dingen doet?" [Commentaar]
Concordant Commentaar op het NT door A.E. Knoch

18

De Joden vragen om een teken. Maar als ze zo stompzinnig zijn geworden dat ze er totaal niet in slagen het belang in te zien van Zijn daad van het reinigen van de tempel van de geestelijke gist, hoe zouden ze het dan kunnen verstaan wanneer Hij het einde onthult? Het priesterdom was afvallig geworden, het offer was opgehouden, de tempel was verdoemd. Daarom wijst Hij hen weg van het type naar het Antitype. De tempel was vervuild, maar Hij was heilig. Godgrieks: Theos - Plaatser of Onderschikker had die verlaten, maar nu verbleef Hij in Zijn zoon. De offers hadden geen nut, ze vermoeiden JAHWEH alleen maar. Toen was het dat Hij kwam, om Godgrieks: Theos - Plaatser of Onderschikkers wil te doen (Hebr. 10:5-10). Ze zouden sidderen bij de gedachte dat Herodeszoon van heros - held of afgod’ tempel afgebroken zou worden. Ze zouden nooit schuldig zijn aan zo’n vreselijke misdaad tegen Godgrieks: Theos - Plaatser of Onderschikker! Maar juist hun vuur voor JAHWEH bracht hen tot het verwoesten van de echte tempel, Zijn lichaam. Enkel religie, ook al is die goddelijk, verduisterd alleen maar het denken en verhardt het hart. Vormen zijn nietszeggend, het is de geest die leven geeft. Juist de priesters zijn onwetend van het offer. Ze bevuilden niet alleen de letterlijke tempel met gist, maar ze waren absoluut blind voor de ware tempel van Godgrieks: Theos - Plaatser of Onderschikker, toen Die in hun midden verscheen. Zelfs wanneer Hij er over spreekt slagen ze er niet in de kracht van het beeld te vinden.


19 JezusJAH redt antwoordde en zei tot hen: "Breekt deze °tempel af en in drie dagen zal Ik hem doen oprijzen."
20 De Joden dan zeiden: "In zes en veertig jaren werd deze °tempel gebouwd en u zal hem in drie dagen doen oprijzen?"
21 Maar Deze zei aangaande de tempel van Zijn °lichaam.
22 Toen Hij dan werd gewekt vanuit °doden, worden Zijn °leerlingen er aan herinnerd* dat Hij dit zei. En zij geloven* het Geschrift en het woord dat °JezusJAH redt zei.
23 Toen Hij nu in °Jeruzalemstad van (de god) Salem - vredestichter was, in het Paschahet paasmaal, in het feest, geloven* velen in Zijn °naam, van Hem de tekenen aanschouwend die Hij deed.
24 Maar JezusJAH redt Zelf vertrouwde Zichzelf niet aan hen toe, omdat Hij allen kende, [Commentaar]
Concordant Commentaar op het NT door A.E. Knoch

24

Het intieme inzicht van onze Heer in de mensheid wordt volledig geïllustreerd in juist dit evangeliegoede bericht. Wat ook hun klasse of geestelijke toestand was, alle harten waren open voor Zijn blik. Hij ontdekte de geestelijke onwetendheid van Nicodemusvolksoverwinnaar, de leraar van Israëlstrijder van God (3:10), maar herkende in Petrusrots, de boerse visserman, een geestelijke (14:2) en hartelijke en trouwe vriend (21:17). De argeloze Nathan (JAH) heeft gegevenaël is verbaasd over Zijn scherpzinnigheid (1:47), terwijl Judaslof (Griekse vorm van Juda)’ verraad Hem vanaf het begin voor ogen was (13:11). De vrouw uit Samariawaker concludeerde dat Hij heel haar verleden kende (4:17), en de lamme man in Bethesdahuis van de barmhartigheid merkte dat Hij ten volle zijn eerdere falen begreep (5:6). Het applaus van de massa maakt Hem niet blind voor het motief dat er achter zat. Hij wist dat ze geen trek hadden in geestelijk voedsel. Hij is zich van alle dingen bewust (21.17). Ons karakter, ons gedrag, onze toestand, onze binnenste motieven zijn doorzichtig voor Zijn blik. Het is dan ook geen wonder dat Hij Zich niet toevertrouwde aan geloof dat veilig gesteld moest worden door tekenen!


25 en omdat Hij niet de behoefte had dat iemand getuigenis zou geven aangaande de mens. Want Hij wist Zelf wat in de mens was.



Terug naar de index.
Naar Johannes 3
   


© www.schriftwoord.nl
U mag deze tekst voor eigen gebruik en studie-doeleinden zonder toestemming vermenigvuldigen.
Citeren van deze tekst mag alleen met bronvermelding.
Vermenigvuldiging voor commercieel gebruik alleen met toestemming van de uitgever.