|
(Ga met de muis op een groene naam staan, dan ziet u de betekenis. Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst. Klik op "Commentaar" en u krijgt een stukje tekst dat slaat op dit vers)
1 Als een schare van °tienduizendtallen bijeenvergaderd wordt, zodat zij elkaar vertrappen, begint* Hij eerst tot Zijn °leerlingen te zeggen: "Geeft voor julliezelf acht vanaf het zuurdeeg van de , dat huichelarij is.
[Commentaar]
2 Nu is niets toegedekt dat niet onthuld zal worden en verborgen dat niet gekend zal worden,
[Commentaar]
3 omdat zoveel als jullie in het donker zeggen*, in het licht gehoord zal worden, en wat jullie naar het oor toe spreken* in de voorraadkamers, op de dakterrassen geproclameerd zal worden.
4 Ik nu zeg tot jullie, Mijn °vrienden, vreest toch niet die het lichaam doden en na deze dingen niets bovenmatiger te doen* hebben.
[Commentaar]
5 Ik, echter, zal aan jullie te kennen geven voor Wie jullie zullen vrezen. Vreest Die na het doden* autoriteit heeft in het te werpen. Ja, Ik zeg jullie, vreest Deze!
6 Worden niet vijf musjes verkocht voor twee stuivers en niet één vanuit hen is vergeten in het zicht van .
[Commentaar]
7 Maar ook de haren van jullie °hoofd zijn alle geteld. Vreest dan toch niet! Jullie zijn van meer belang dan vele musjes.
8 Nu zeg Ik tot jullie dat iedereen die Mij ook maar zal belijden, vlak voor de mensen, hem zal ook de Zoon van de mens belijden, vlak voor de boodschappers van °.
[Commentaar]
9 Maar die Mij loochent* in het zicht van de mensen zal verloochend worden in het zicht van de boodschappers van °.
10 En iedereen die een woord zal uitspreken tegen de Zoon van de mens, het zal aan hem losgelaten worden. Maar die tegen de heilige geest lastert* zal het niet losgelaten worden.
[Commentaar]
11 En wanneer ook maar zij jullie binnen zullen brengen voor de synagogen en voor de overheden en de autoriteiten, zouden jullie toch niet bezorgd zijn over hoe of met wat jullie je zouden verdedigen, of wat jullie zullen zeggen,
[Commentaar]
12 want de heilige geest zal jullie in dat zelfde °uur onderwijzen wat bindend is te zeggen."
[Commentaar]
13 En iemand vanuit de schare zei tot Hem: "Leraar! Zeg tot mijn °broeder het lotbezit met mij te delen*."
14 Hij nu zei tot hem: "Mens! Wie stelt* Mij aan als rechter of verdeler over jullie?"
[Commentaar]
15 Hij nu zei tot hen: "Ziet en bewaakt tegen alle hebzucht, opdat niet in overvloedig zijn het leven van iemand is, vanuit de dingen die van hem zijn."
[Commentaar]
16 Hij nu sprak tot hen een parabel, zeggend: "De landstreek van een zeker rijk mens brengt* veel op.
17 En hij redeneerde in zichzelf, zeggend: 'Wat zal ik doen, want ik heb niets waarin ik mijn °vruchten zal verzamelen?'
18 En hij zei: 'Dit zal ik doen! Ik zal mijn °opslagplaatsen neerhalen en ik zal grotere bouwen en ik zal daar al mijn °graan en mijn goede °dingen verzamelen,
[Commentaar]
19 en ik zal tot mijn °ziel uitspreken: 'Ziel, jij hebt vele goede dingen liggen voor vele jaren; rust, eet, drink en wees vrolijk!'
[Commentaar]
20 Maar ° zei tot hem: 'Onverstandige! In deze °nacht vragen zij vanaf jou jouw °ziel terug. En wat jij gereed maakt*, voor wie zal het zijn?'
[Commentaar]
21 Zo is hij die opspaart voor zichzelf en toch niet rijk is in ."
[Commentaar]
22 En Hij zei tot Zijn °leerlingen: "Vanwege dit zeg Ik tot jullie: Weesm toch niet bezorgd om de ziel, wat jullie zullen eten, ook niet voor jullie °lichaam, wat jullie zouden aantrekken,
[Commentaar]
[Commentaar]
23 want de ziel is meer dan het voedsel en het lichaam dan het kledingstuk.
24 Beschouwt de raven, dat zij niet zaaien en zij ook niet oogsten, voor wie geen voorraadkamer is en ook geen opslagplaats, en ° voedt hen. Hoeveel meer zijn jullie van belang dan de vliegende schepselen?
[Commentaar]
25 En wie vanuit jullie kan, bezorgd zijnde, één el aan zijn °postuur toevoegen*?
26 Indien jullie dan zelfs niet het minste kunnen, waarom zijn jullie bezorgd aangaande de overige dingen?
27 Beschouwt de anemoon, hoe ze groeit. Ze zwoegt niet en ook spint ze niet; maar Ik zeg tot jullie dat zelfs , in al zijn °heerlijkheid, niet was omhuld als één van deze.
[Commentaar]
[Commentaar]
28 Indien nu zo het gras kleedt dat vandaag in het veld is en morgen tot in een broodoven wordt geworpen, hoeveel meer jullie, kleingelovigen!
29 En zoekt toch niet wat jullie zullen eten en wat jullie zullen drinken en weest toch niet onzeker,
[Commentaar]
30 want al de natiën van de wereld zoeken naar deze dingen. Maar jullie °Vader heeft waargenomen dat jullie van deze dingen nodig hebben.
31 Zoekt evenwel het koninkrijk van °God en al deze dingen zullen aan jullie toegevoegd worden.
32 Vrees toch niet, klein °kuddetje, want jullie °Vader heeft* een welbehagen om aan jullie het koninkrijk te geven*.
[Commentaar]
33 Verkoopt de dingen die van jullie zijn en geeft een gift uit ontferming. Maakt voor julliezelf geldbuidels die niet verouderen, een niet oprakende schat in de hemelen, waar ook de dief niet nadert en ook de mot niet aantast.
[Commentaar]
34 Want waar ook maar jullie °schat is, daar zal ook jullie °hart zijn.
35 Laat jullie °lendenen omgord zijn en de lampen brandend,
-
36 en jullie lijkend op mensen die uitzien naar hun eigen °heer, wanneer hij zou opbreken vanuit de huwelijksfestiviteiten, opdat bij zijn komen en aankloppen*, zij voor hem onmiddellijk open zouden doen.
[Commentaar]
37 Gelukkig zijn de slaven die de Heer, komend, wakend zal vinden. Amen, Ik zeg tot jullie dat Hij Zich zal omgorden en hen zal doen neervlijen en, erbij komend, Hij hen zal bedienen.
-
38 En in het geval dat Hij in de tweede nachtwake zal komen, en indien in de derde nachtwake, en Hij hen zó zal vinden, gelukkig zijn die °slaven.
[Commentaar]
39 Weten jullie nu dit, dat indien de huiseigenaar had waargenomen in welk uur de dief komt, hij waakt* en hij onder zijn °huis nooit een ondergrondse toegang gegraven* laat* worden.
[Commentaar]
40 Worden ook jullie dan gereed, want jullie menen niet in welk uur de Zoon van de mens komt."
[Commentaar]
41 nu zei tot Hem: "Heer! Zegt U deze °parabel tot ons, of ook tot allen?"
[Commentaar]
[Commentaar]
42 En de Heer zei: "Wie is dus de betrouwbare en °verstandige beheerder, die de heer zal aanstellen over zijn °behandeling van het geven* van de toegemeten hoeveelheid graan in de periode?
43 Gelukkig is die °slaaf, die zijn °heer, komend, zo doende zal vinden.
44 Waarlijk, Ik zeg tot jullie dat hij hem over alle dingen die van hem zijn zal aanstellen.
45 Maar in het geval die °slaaf in zijn °hart zal zeggen: 'Mijn °heer blijft lang uit te komen', en dat hij zou beginnen de jongens en de dienstmeisjes te slaan, en bovendien te eten en te drinken en zich te bedrinken,
[Commentaar]
46 zal de heer van die °slaaf arriveren in een dag in welke hij hem niet verwacht en in het uur dat hij niet weet, en hij zal hem in tweeën hakken en zijn °deel zal hij plaatsen bij de ongelovigen.
47 Nu zal die °slaaf die de wil van zijn eigen heer kent en toch niet gereed* maakt noch doet* naar zijn °wil, veel geranseld worden,
[Commentaar]
48 maar die niet kent, maar doet* wat slagen waardig is, zal weinig geranseld worden. En aan elke die veel werd gegeven, bij hem zal veel gezocht worden en aan wie zij veel voorzetten, hem zullen zij bovenmatiger verzoeken.
49 Ik kwam om vuur te werpen op de aarde, en wat wil Ik, indien het reeds in lichterlaaie werd gezet?
[Commentaar]
50 Ik nu heb een doop om mee gedoopt* te worden. En hoe word Ik samengedrukt totdat het ook tot een einde gebracht zou worden.
[Commentaar]
51 Jullie menen dat Ik aankwam om vrede te geven* op de aarde? Nee, zeg Ik tot jullie, maar eerder verdeeldheid.
[Commentaar]
52 Want vanaf °nu zullen vijf in één huis verdeeld zijn, drie tegen twee en twee tegen drie.
[Commentaar]
53 Een vader zal verdeeld zijn tegen een zoon en een zoon tegen de vader en een moeder tegen de dochter en een dochter tegen de moeder, een schoonmoeder tegen haar °schoondochter en een schoondochter tegen haar °schoonmoeder."
54 En Hij zei ook tot de scharen: "Wanneer jullie ook maar een wolk zullen waarnemen, opgaand tegen het westen, zeggen jullie onmiddellijk dat er stortregen komt, en zo gebeurt het.
[Commentaar]
55 En wanneer ook maar de zuidenwind waait, zeggen jullie dat er brandende hitte zal zijn, en het gebeurt.
56 Huichelaars! Het gezicht van de hemel en de aarde hebben jullie waargenomen om te toetsen, maar jullie hebben niet waargenomen hoe deze periode te toetsen!
57 Waarom nu, zelfs voor jezelf, oordelen jullie niet het rechtvaardige?
[Commentaar]
58 Want als jij met jouw °tegenpartij heen gaat naar de bestuurder, geef onderweg werkzaamheid om van hem los te komen, opdat hij jou niet zal meesleuren naar de rechter en de rechter jou aan de gerechtsdienaar zal overleveren en de gerechtsdienaar jou tot in de cel zal werpen.
59 Ik zeg tot jou, jij zal daar vandaan zeker niet uit komen, totdat jij ook de laatste zal betalen."
Terug naar de index.
Naar Lucas 13
|
|