|
(Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst, of op een groene naam, dan ziet u de betekenis)
1 En was koning over heel .
2 En deze zijn de oversten die bij hem zijn: , zoon van , de priester,
3 en , zonen van , zijn schrijvers; , zoon van , is de verslaglegger,
4 en , zoon van was over de menigte, en en waren priesters.
5 En , zoon van was over de gevolmachtigden en , zoon van , was priester, vertrouweling van de koning.
6 En was over het huis en , zoon van , was over de dwangarbeid.
7 En voor waren er twaalf gevolmachtigden over heel en zij onderhielden de koning en zijn huis; één maand in het jaar was het aan de ene om te onderhouden.
8 En dit waren hun namen: in het gebergte van ,
9 in en en en en ,
10 in , voor hem was en al het land van ,
11 , voor hem is heel het heuvelgebied van ; , dochter van , werd voor hem tot vrouw;
12 , zoon van in en en heel , dat naast is, van beneden tot , vanaf tot aan , tot aan vanaf de overkant van .
13 , in , voor hem waren de nederzettingen van , zoon van , die in zijn; voor hem was het district van , dat in was, zestig grote steden met muur en koperen grendel.
14 , zoon van , in de buurt van .
15 in ; ook nam hij , dochter van , tot vrouw.
16 , zoon van , in en in .
17 , zoon van , in .
18 , zoon van , in .
19 , zoon van , in het land van , het land van , koning van de Amorieten, en , koning van , en één gevolmachtigde die in het land was.
20 en zijn talrijken, als het zand dat is aan de zee, als menigte, etenden en drinkenden en zich verheugenden.
21 En werd heerser over al de koninkrijken, vanaf de rivier tot het land van de Filistijnen en tot aan de grens van waren er die een erkenningsgeschenk dichtbij brachten en die dienden, alle dagen van zijn leven.
22 En het brood van was per dag dertig fijn meel en zestig meel,
23 tien welgedane ossen en twintig beweide ossen en honderd stuks kleinvee, nog afgezien van hert en gazelle en damhert en vetgemest gevogelte,
24 want hij heerste over al wat aan de overkant van de rivier was, vanaf en tot aan , over alle koningen van de overkant van de rivier. En er kwam vrede tot hem vanaf al zijn overkanten, vanaf rondom.
25 En - en - woonde in vertrouwen, een ieder onder zijn wijnstok en onder zijn vijgenboom, vanaf tot aan , alle dagen van .
26 En had veertigduizend paardenstallen voor zijn wagenpark en twaalfduizend strijdrossen.
27 En deze gevolmachtigden onderhielden de koning, , en allen die naderden tot de tafel van koning , een ieder in zijn maand, lieten het aan niets ontbreken.
28 En de gerst en het gehakte stro, voor de paarden en voor de hengst, brachten zij naar de plaats waar hij was, een ieder naar wat hij verschuldigd was.
29 En Elohim gaf wijsheid aan en uitermate veel verstand, en wijdheid van hart, zoals het zand dat op de oever van de zee is.
30 En de wijsheid van was groter dan de wijsheid van alle zonen van het oosten en dan alle wijsheid van .
31 En hij was wijzer dan wie ook van de mensen, dan , de Ezrachiet, en en en , zonen van . En zijn naam was onder alle naties, rondom.
32 En hij sprak drieduizend spreuken en zijn liederen waren vijf en duizend.
33 En hij sprak over de bomen, vanaf de ceder, die in de is, tot en met de hysop, die uit gaat van de zijmuur, en hij sprak over het beest en over wat vliegt en over het reptiel en over de vissen.
34 En vanaf alle volken kwamen zij om de wijsheid van te horen, namens alle koningen van de aarde die van zijn wijsheid hoorden.
Terug naar de indexpagina
Naar 1 Koningen 5
|
|