|
(Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst, of op een groene naam, dan ziet u de betekenis)
1 En lag neer bij zijn vaders en hij werd bij zijn vaders begraven in de stad van , en , zijn zoon, regeerde in zijn plaats.
2 En hij had broers, zonen van : en en en en en ; al dezen waren zonen van , koning van .
3 En hun vader gaf aan hen vele geschenken, van zilver en van goud en kostbare geschenken, met steden van belegeringsverdediging in , maar het koninkrijk gaf hij aan , want hij was de eerstgeborene.
4 En stond op over het koninkrijk van zijn vader en hij maakte zich sterk. En hij doodde al zijn broers met het zwaard en ook enige van de oversten van .
5 was een zoon van twee en dertig jaren toen hij koning werd en hij regeerde acht jaren in .
6 En hij ging in de weg van de koningen van , zoals het huis van deed, want de dochter van werd voor hem tot vrouw. En hij deed het kwade in de ogen van JAHWEH.
7 En JAHWEH wilde het huis van niet te gronde richten omwille van het verbond dat Hij sneed met , en zoals Hij zei aan hem en aan zijn zonen, om hem een lamp te geven, alle dagen.
8 In zijn dagen overtrad van onder de hand van en zij deden over hen een koning regeren.
9 En stak over met zijn oversten en al zijn strijdwagens die van hem waren. En het gebeurde dat hij 's nachts opstond en hij neersloeg, dat hem en de oversten van de strijdwagens omringde.
10 En overtrad van onder de hand van tot aan deze dag. Dan overtrad in deze tijd vanaf onder zijn hand, want hij verliet JAHWEH, Elohim van zijn vaders.
11 Bovendien maakte hij hoge plaatsen in de bergen van en hij deed prostitutie bedrijven door de inwoners van en hij dreef op een dwaalspoor.
12 En er kwam tot hem een document van , de profeet, zeggend: "Zo zegt JAHWEH, Elohim van , jouw vader: Omdat jij niet gaat in de wegen van , jouw vader, en in de wegen van , koning van ,
13 en jij gaat in de weg van de koningen van en jij ontucht doet bedrijven en de inwoners van , zoals het huis van ontucht deed bedrijven, en ook doodde jij jouw broers van het huis van jouw vader, de beteren,
14 aanschouw!, JAHWEH treft met een grote slag tegen jouw volk en tegen jouw zonen en tegen jouw vrouwen en tegen al jouw goederen,
15 en tegen jou met vele ziekten, met een ziekte in jouw darmen, totdat jouw darmen door de ziekte, dag na dag, naar buiten komen."
16 En JAHWEH wekte tegen de geest van de Filistijnen en de Arabieren op, die aan de zijde van de Kusieten.
17 En zij gingen op tegen en zij braken haar open en zij namen alle goederen krijgsgevangen die gevonden werden in het huis van de koning, en ook zijn zonen en zijn vrouwen. En er bleef geen zoon voor hem over, behalve alleen , de kleinste van zijn zonen.
18 En na al dit trof JAHWEH hem zijn darmen met een ziekte waarvoor geen genezing was.
19 En het ging dag na dag, en terwijl de tijd voortschreed, aan het einde van twee jaren van dagen, kwamen door zijn ziekte zijn darmen naar buiten. En hij stierf in onaangename ontberingen. En zijn volk maakte voor hem geen , zoals het van zijn vaders.
20 Hij was een zoon van twee en dertig jaren toen hij koning werd, en hij regeerde acht jaren in , en hij ging in, onbegeerd. En zij begroeven hem in de stad van , maar niet in de graven van de koningen.
Terug naar de indexpagina
Naar 2 Kronieken 22
|
|