Dit is een eigen SchriftWoord vertaling van
Jesaja
Hoofdstuk 24

Jesaja trad op van ca. 750 tot ca. 700 v.C.

   
(Ga met de muis op een versverwijzing staan, dan ziet u de tekst,
ga met de muis op een groen woord staan, dan ziet u de betekenis)

1 Aanschouw! JAHWEH maakt het land leeg en ontruimt het! Hij maakt haar oppervlakte verdorven en Hij verstrooit haar inwoners.
2 En het gaat het volk zoals de priester, de dienaar zoals zijn heer, de dienares als haar meesteres, de koper als de verkoper, de uitlener zoals de lener, de schuldeiser zoals die van hem leent.
3 Het land zal leeggemaakt, ja leeggemaakt worden en het wordt geplunderd, ja geplunderd, want JAHWEH sprak dit woord.
4 Het land treurt, het verwelkt; de wereld is krachteloos, zij verwelkt; de hoogsten van het volk van het land worden krachteloos gemaakt.
5 En het land, het is verontreinigd door haar bewoners, want zij overschrijden wetten; zij veranderen het statuut, zij annuleren het aionisch verbond.
6 Vanwege dit verslindt een verwensing het land en haar inwoners worden schuldig gehouden. Vanwege dit branden de inwoners van het land heet en maar een beetje stervelingen blijft over.
7 Het druivensap treurt, de wijnstok is krachteloos. Allen die verheugd van hart waren zuchten.
8 De opgetogenheid van tamboerijnen houdt op, het tumult van vrolijken houdt halt. De opgetogenheid van de harp houdt op. En het geluid van lierzangers en vermakers en van fluitisten en van trompettisten zal in jou niet meer gehoord* worden. En iedere kunstenaar en van ieder vak zal niet meer in jou gevonden* worden. En het geluid van de molensteen zal in jou niet meer gehoord* worden (SW) [Openb. 18:22]
9 Zij drinken geen wijn bij het lied, de sterke drank is bitter voor die hem drinken.
10 De ommuurde stad van chaos wordt afgebroken. Elk huis is gesloten tegen binnenkomen.
11 Gillen over de wijn is in de straten. Alle vreugde is in de avond. De opgetogenheid van het land is gedeporteerd.
12 In de stad blijft troosteloosheid over en decimering; de poort is kapotgeslagen.
13 Want zo zal zal het zijn in het midden van het land, te midden van de volken, zoals het afslaan van de olijfboom, zoals de oogstresten wanneer de oogst is beëindigd.
14 Zij zullen hun stem opheffen, zij zullen jubelen over de indrukwekkendheid van JAHWEH, ze zullen een schril geluid maken vanaf de zee.
15 Vanwege dit, in de plaatsen van licht, verheerlijkt JAHWEH, in de kustlanden van de zee de Naam van JAHWEH, Elohim van IsraëlIsraël = strijder van God .
16 Van de vleugel van het land horen wij melodieën: Statigheid voor de Rechtvaardige! Maar ik zeg: Voor mij is er schraalheid! Voor mij is er schraalheid! Wee mij! Die verraderlijk zijn zijn verraderlijk. Ja, verraad! Die verraderlijk zijn handelen verraderlijk.
17 Bangheid en valkuil en strik over jou, inwoner van het land!
18 En het zal zijn dat die vlucht voor het geluid van het alarm in de valkuil zal vallen en die opgaat vanuit het midden van de valkuil zal door de strik gegrepen worden, want de spleten van de hoogte worden geopend en de fundamenten van de aarde zullen schudden.
19 De aarde zal zichzelf vermorzelen, ja vermorzelen, de aarde zal zichzelf in elkaar drukken, ja in elkaar drukken; de aarde zal uitglijden, ja uitglijden.
20 De aarde zal waggelen, ja waggelen als een dronkaard en zij wordt geschud als de nachthut. En haar overtreding is zwaar op haar. En zij valt en zij zal niet voortgaan met opstaan.
21 En het zal zijn in die dag dat JAHWEH een gericht zal brengen over het leger van de hoogte in de hoogte en over de koningen van de grond op de grond.
22 En zij worden verzameld, een verzameling van gevangenen in een onderaards gewelf, en zij worden opgesloten in een omsloten ruimte en na vele dagen zullen zij ter verantwoording geroepen worden.
23 En de maneschijn zal te schande gemaakt worden en de zonneschijn staat beschaamd, want JAHWEH van legermachten regeert op de berg SionSion = burcht. En in JeruzalemJeruzalem = stad van (de god) Salem - vredestichter en tegenover Zijn oudsten zal heerlijkheid zijn. En ik nam* waar toen het het zesde zegel opende* en er gebeurde* een grote aardbeving en de zon werd* zwart als een harige zak en de hele maan werd* als bloed (SW)[Openb. 6:12] En rond de troon waren vierentwintig tronen en op de tronen vierentwintig oudsten, zittend, gekleed in witte klederen en op hun hoofden gouden kransen (SW) [Openb. 4:4]

Terug naar de indexpagina
Naar Jesaja 25
   


© www.schriftwoord.nl
U mag deze tekst voor eigen gebruik en studie-doeleinden zonder toestemming vermenigvuldigen.
Citeren van deze tekst mag alleen met bronvermelding.
Vermenigvuldiging voor commercieel gebruik alleen met toestemming van de uitgever.