|
(Ga met de muis op een versverwijzing staan, dan ziet u de tekst, ga met de muis op een groen woord staan, dan ziet u de betekenis)
1 Wie gelooft ons bericht? En de arm van JAHWEH, over wie wordt deze onthuld?
2 Hij zal opgaan als de jonge scheut voor Zijn aangezicht en als de wortel vanaf verdroogde aarde. Hij heeft geen voorkomen en geen eer wanneer wij Hem zouden zien en geen verschijning wanneer wij Hem zouden begeren.
3 Die veracht wordt en gemeden door mannen, een Man van pijnen en bekend met ziekte, als een verberging van aangezichten van Hem, Die veracht wordt en wij rekenen niet met Hem.
4 Zeker, onze ziekten draagt Hij en met onze pijnen wordt Hij belast, en wij, wij rekenen Hem als aangeraakt zijnde, neergeslagen van Elohim en vernederd zijnde.
5 En Hij wordt verwond vanwege onze overtredingen, verpletterd wordend vanwege onze verdorvenheden. De disciplinering voor ons welzijn is op Hem en door Zijn striem komt er voor ons genezing.
6 Wij dwalen allen af, als de kudde kleinvee, elk van zijn weg. Wij wenden ons om en JAHWEH doet in Hem de verdorvenheid van ons allen komen.
7 Hij heeft het hard te verduren en Hij wordt vernederd, maar Hij opent Zijn mond niet. Als het stuk kleinvee wordt Hij naar de slachting gehaald. En zoals een ooi stom is voor het aangezicht van haar scheerders, opent Hij Zijn mond niet.
8 Vanaf beteugeling en vanaf oordeel wordt Hij genomen. En van Zijn generatie, wie zal mediteren? Want Hij is afgehouwen van het land van de levenden. Vanwege de overtreding van Mijn volk is er besmetting op Hem.
9 En men geeft Zijn graf met de slechten. Met de rijke is Hij in Zijn dood, hoewel Hij geen onrecht doet en er geen bedrog is in Zijn mond.
10 Maar JAHWEH schept er behagen in Hem te verpletteren. En Hij doet Hem verwond zijn. Indien Zijn ziel een schuldoffer plaatst zal Hij een zaad zien, zal Hij dagen verlengen en het verlangen van JAHWEH zal voorspoedig zijn in Zijn hand.
11 Vanaf het gezwoeg van Zijn ziel zal Hij zien. Hij zal verzadigd worden in Zijn kennis. Mijn rechtvaardige Dienaar zal de velen rechtvaardigen en met hun verdorvenheden zal Hij belast worden.
12 Daarom zal Ik tot Hem opdelen onder de velen en met aanzienlijken zal Hij buit opdelen, omdat Hij Zijn ziel tot de dood leeggiet. En Hij wordt geteld met overtreders en Hij draagt de zonde van velen en voor de overtreders doet Hij voorspraak.
Terug naar de indexpagina
Naar Jesaja 54
|
|