|
(Ga met de muis op een naam of tekstverwijzing staan, dan ziet u de betekenis of tekst)
1 En gaat en hij spreekt deze woorden tot heel ,
2 en hij zegt tot hen: "Ik ben vandaag een zoon van honderd en twintig jaren. Ik kan niet nog uit gaan en in komen. En JAHWEH zei tot mij: Jij zal deze niet oversteken.
3 JAHWEH, jouw Elohim, steekt voor jouw aangezicht over. Hij, Hij zal deze naties voor jouw aangezicht uitroeien.. , jij neemt hen over. Hij steekt voor jouw aangezicht over, zoals JAHWEH sprak.
4 En JAHWEH doet met hen zoals Hij deed met en met , koningen van de Amorieten, en met hun land, zij die Hij uitroeide.
5 En JAHWEH geeft hen voor jullie aangezichten, en jullie doen met hen naar heel de instructie die ik jullie als instructie geef.
6 Weest standvastig en weest resoluut; het moet niet zo zijn dat jullie vrezen en het moet niet zo zijn dat jullie verschrikt worden voor hun aangezichten, want JAHWEH, jouw Elohim, is het Die met jou gaat. Hij zal jou niet loslaten en Hij zal jou niet verlaten."
7 En roept tot en hij zegt tot hem voor de ogen van heel : "Wees standvastig en wees resoluut, want jij, jij zal met dit volk komen tot het land dat JAHWEH aan hun vaders zwoer om het aan hen te geven, en jij zal het aan hen als haar lotbezit geven.
8 En JAHWEH, Hij is het Die voor jouw aangezicht gaat. Hij, Hij zal met jou zijn. Hij zal jou niet loslaten en Hij zal jou niet verlaten. Jij zal niet vrezen en jij zal niet ontsteld zijn."
9 En schreef deze wet en gaf haar aan de priesters, de zonen van , de dragers van de kist van het verbond, en aan alle oudsten van .
10 En geeft hen instructie, zeggend: "Aan het einde van zeven jaren, bij de afspraak van het jaar van de loslating, bij de feestviering van de hutten,
11 wanneer heel komt om te verschijnen voor het aangezicht van JAHWEH, jouw Elohim, in de plaats die Hij zal kiezen, zal jij deze wet lezen voor heel , in hun oren.
12 Doe het volk samenkomen, de mannen en de vrouwen en de peuter en jouw tijdelijke verblijver die in jouw poorten is, opdat zij zullen horen en opdat zij zullen leren en zij JAHWEH, jullie Elohim, vrezen, en zij in acht nemen alle woorden van deze wet te doen.
13 En hun zonen, die niet kenden, zij zullen horen en zij leren, JAHWEH, jullie Elohim, te vrezen, alle dagen die jullie leven op de grond waarheen jullie de oversteken om die te pachten."
14 En JAHWEH zegt tot : "Aanschouw! Jouw dagen naderen om te sterven. Roep en stelt je op in de tent van de afspraak en Ik zal hem instructie geven." En en gaan en zij stellen zich op in de tent van de afspraak.
15 En JAHWEH verschijnt in de tent in een kolom van wolken, en de kolom van de wolken staat over de opening van de tent.
16 En JAHWEH zegt tot : "Aanschouw! Jij gaat liggen bij jouw vaders. Maar dit volk staat op en het bedrijft ontucht achter uitheemse elohim van het land in het midden waarvan zij binnenkomen. En het verlaat Mij en het annuleert Mijn verbond dat Ik met hen sneed.
17 En Mijn boosheid is heet tegen hen in die dag en Ik verlaat hen en Ik verberg Mijn aangezicht voor hen en zij worden verslonden en vele kwaden en benauwdheden vinden hen; en men zegt in die dag: Is het niet omdat er geen Elohim van ons in ons midden is, dat deze kwaden ons vinden?
18 En Ik verberg, ja verberg Mijn aangezicht in die dag vanwege al het kwaad dat men deed, want zij hebben zich tot andere elohim gewend.
19 En nu, schrijf voor jezelf dit lied en onderwijs het de zonen van en plaats het in hun mond, opdat dit lied voor Mij tot getuigenis zal worden tegen de zonen van ,
20 want Ik zal hen brengen op de grond die Ik zwoer aan hun vaders, gutsend van melk en honing. En men eet en men wordt verzadigd en men is glanzend. En men wendt zich om tot andere elohim en zij dienen hen en zij versmaden Mij en men annuleert Mijn verbond.
21 En het gebeurt dat vele kwaden en benauwdheden hen zullen vinden. Dan antwoordt dit lied voor hen tot getuigenis (want het zal niet vergeten worden uit de mond van hun zaad), want Ik ken hun instelling die men vandaag doet, voordat Ik hen breng naar het land dat Ik zwoer."
22 En schrijft dit lied in die dag en hij onderwijst het aan de zonen van .
23 En Hij geeft , zoon van , instructie en Hij zegt: "Wees standvastig en wees resoluut, want jij, jij zal de zonen van brengen naar het land dat Ik aan hen zwoer; en Ik zal met jou zijn."
24 En het gebeurt als eindigt met het schrijven van de woorden van deze wet op een boekrol, tot aan hun beëindiging,
25 dat de eten, de dragers van de kist van het verbond van JAHWEH, instructie geeft, zeggend:
26 "Nemen jullie de boekrol van deze wet en plaatsen jullie hem aan de zijde van de kist van het verbond van JAHWEH, jullie Elohim, en hij wordt daar tot een getuigenis tegen jullie.
27 Want ik ken jullie rebellie en jullie halsstarrige nek. Aanschouw! Terwijl ik vandaag nog levend bij jullie ben, zijn jullie rebellerend tegen JAHWEH en dat zullen jullie na mijn dood des te meer zijn.
28 Doet voor Mij alle oudsten van jullie stammen en jullie voormannen samenkomen en ik zal in hun oren deze woorden spreken en ik zal de hemelen en de aarde tegen hen als getuigen oproepen.
29 Want ik weet dat na mijn dood jullie corrupt handelen, ja corrupt handelen, en jullie je terugtrekken van de weg die ik jullie als instructie gaf, en het kwaad overkomt jullie in de latere van de dagen, want jullie zullen het kwade doen in de ogen van JAHWEH, Hem tergend door de daad van jullie handen."
30 En spreekt in de oren van heel de samenkomst van de woorden van dit lied, tot hun einde.
Terug naar de indexpagina
Naar Deuteronomium 32
|
|