|
(Ga met de muis op een naam of tekstverwijzing staan, dan ziet u de betekenis of tekst)
1 En JAHWEH spreekt tot en tot in het land van , zeggend:
2 "Deze maand is voor jullie het begin van de maanden. Hij is voor jullie de eerste van de maanden van het jaar.
3 Spreekt tot heel de vergadering van , zeggend: 'Op de tiende van deze maand nemen zij, een ieder voor zich, een stuk kleinvee, naar het huis van de vaders, een stuk kleinvee per huis.
4 En indien het huis te weinig is om een stuk kleinvee te verkrijgen, dan nemen hij en zijn buurman, de nabije, er een naar vaststelling van zielen. Overeenkomstig zijn eten stelllen jullie het stuk kleinvee vast.
5 Een onberispelijk stuk kleinvee, mannelijk, zoon van een jaar, zal van jullie worden. Van de mannelijke lammeren en van de geiten nemen jullie.
6 En het is voor jullie tot bewaring tot aan de veertiende dag van deze maand. En zij slachten het, heel de samenkomst van de vergadering van , tussen de avonduren.
7 En zij nemen van het bloed en zij geven het op twee van de deurposten en op de bovenpost van de huizen waarin zij het eten.
8 En zij eten het vlees in die nacht, geroosterd op vuur, met ongezuurde broden*1), met bittere kruiden eten zij het.
9 Het moet niet zo zijn dat jullie er van eten als het niet gaar is of gekookt door te koken in watermv, maar alleen geroosterd met vuur, zijn hoofd met zijn schenkels en zijn ingewanden.
10 En jullie zullen niets van hem doen resteren tot aan de ochtend. En wat van hem resteert tot de ochtend, verbranden jullie in het vuur.
11 En jullie zullen hem zo eten: jullie tailles omgord, jullie sandalen aan jullie voeten en jullie stok in jullie hand. En jullie eten hem in dringende haast. Het is het pascha*2) tot JAHWEH.
12 En Ik passeer in het land van deze nacht en Ik sla elke eerstgeborene in het land van neer, van mens tot beest, en over alle elohim van doe Ik oordelen. Ik ben JAHWEH!
13 En het bloed is voor jullie tot teken op de huizen waar jullie zijn. En Ik zie het bloed en Ik sla jullie over. En er is bij jullie geen plaag tot verderf, bij Mijn neerslaan in het land van .
14 En deze dag is voor jullie tot herinnering. En jullie zullen hem als feest vieren, een feestviering voor JAHWEH. Jullie zullen hem feestvieren als aionisch statuut voor jullie generaties.
15 Zeven dagen eten jullie ongezuurde broden. Ja, in de eerste dag doen jullie de gist uit jullie huizen weg, want van een ieder die zuurdesem eet, van de eerste dag tot de zevende dag, zal de ziel worden afgesneden uit .
16 In de eerste dag is er een bijeenkomst van heiligheid en in de zevende dag een bijeenkomst van heiligheid. Het zal voor jullie het enig werk zijn dat gedaan wordt. Ja, dat wat wordt gegeten door elke ziel, alleen wat voor hem is zal door jullie bereid worden.
17 En jullie nemen de ongezuurde broden in acht, want in diezelfde dag doe Ik jullie legers uitgaan uit het land van . En jullie nemen deze dag in acht doorheen jullie generaties, als een aionische statuut.
18 In de eerste maand, op de veertiende dag van de maand, in de avond, zullen jullie ongezuurde broden eten, tot aan de één en twintigste dag van de maand, in de avond.
19 Zeven dagen zal er in jullie huizen geen gist gevonden worden, want van wie zuurdesem eet zal de ziel afgesneden worden uit de vergadering van , of het nu een tijdelijke verblijver of een inheemse van het land is.
20 Jullie zullen geen enkel zuurdesem eten in al jullie woningen. Jullie zullen ongezuurde broden eten."
21 En roept tot alle oudsten van en hij zegt tot hen: "Trekt heen en neemt kleinvee tot jullie voor jullie families en slacht het pascha.
22 En jullie nemen een bosje hysop en jullie dopen dat in het bloed dat in het bekken is en jullie raken de bovenpost en de twee deurposten aan met het bloed dat in het bekken is. En jullie zullen niet uit gaan, elke man uit het portaal van zijn huis, tot aan de ochtend.
23 En JAHWEH passeert om te treffen en Hij ziet het bloed op de bovenpost en op de twee deurposten, dan slaat JAHWEH het portaal over en Hij zal de verderf brenger niet toestaan jullie huizen binnen te komen om te treffen.
24 En jullie bewaren dit woord als statuut voor jullie en voor jullie zonen, tot aan de aion.
25 En het zal gebeuren wanneer jullie komen tot het land dat JAHWEH aan jullie geeft, zoals Hij sprak, dat jullie deze dienst in acht nemen.
26 En het gebeurt dat jullie zonen tot jullie zeggen: 'Wat is deze dienst voor jullie?'
27 Dan zeggen jullie: 'Het is een slachtoffer van pascha tot JAHWEH, toen Hij de huizen van de zonen van in oversloeg, bij Zijn treffen van de naren. En onze huizen redde Hij uit.'" En het volk buigt het hoofd en zij buigen zich neer.
28 En de zonen van gaan en zij doen zoals JAHWEH en instructie gaf. Zo doen zij.
29 En het is midden in de nacht en JAHWEH slaat elke eerstgeborene in het land van neer, van de eerstgeborene van , die op zijn troon zit, tot de eerstgeborene van de krijgsgevangene die in het huis van de kerker is, en elke eerstgeborene van de beesten.
30 En staat op in de nacht, hij en al zijn dienaren en alle naren, en er is een groot geschreeuw in , want er is geen huis waarin geen dode is.
31 En hij roept in de nacht om en en hij zegt: "Staat> op, gaat weg uit het midden van mijn volk, ook jullie en ook de zonen van , en gaat, dient JAHWEH, zoals jullie spraken.
32 Neemt ook jullie kleinvee en ook jullie grootvee, zoals jullie spraken, en ga! Ook zullen jullie mij zegenen." at
33 En is standvastig tot het volk zich te haasten om hen weg te zenden uit het land, want zij zeiden: "Allen van ons zijn stervenden."
34 En het volk draagt hun deeg voordat het doorzuurd wordt, hun deegtroggen in hun kledingstukken gebundeld op hun rug.
35 En de zonen van deden naar het woord van en zij vragen van de naren voorwerpen van zilver en voorwerpen van goud en kledingstukken.
36 En JAHWEH geeft het volk genade in de ogen van de naren wanneer zij hen vroegen. En zij ontrukken de naren.
37 En de zonen van reizen van naar , zeshonderdduizend mannen te voet, de machtige mannen, afgezien de peuter.
38 En ook veel mensen van gemengde afkomst gaan met hen op, en kleinvee en grootvee, uitermate zwaar vee.
39 En zij bakken het deeg dat zij uit deden uitgaan, ongezuurde broodkoeken, want het werd niet doorzuurd, want zij werden uit gedreven en zij konden niet treuzelen en zij maakten ook geen proviand voor zichzelf.
40 En de bewoning van de zonen van dat zij verbleven in was vier honderd en dertig jaren.
41 En het gebeurt bij het einde van vier honderd en dertig jaren, en het gebeurt in diezelfde dag, dat alle legermachten van JAHWEH uitgaan uit het land van .
42 Het is een nacht van nachtwaken voor JAHWEH om hen te doen uitgaan uit het land van . Deze is de nacht voor JAHWEH, een nachtwaken voor alle zonen van doorheen al hun generaties.
43 En JAHWEH zegt tot en : "Dit is het statuut van het pascha: geen enkele zoon van een uitheemse zal er van eten.
44 Maar elke dienaar van een man, had een verwerving van zilver, als jullie hem besneden hebben, dan zal hij er van eten.
45 Een gast of een huurling, hij zal er niet van eten.
46 In één huis wordt het gegeten. Jullie zullen niets van het vlees uit het huis naar buiten brengen en jullie zullen geen bot daarin breken.
47 Heel de vergadering van zal het zo doen.
48 En indien een tijdelijke bijwoner bij jullie tijdelijk verblijft en hij maakt pascha voor JAHWEH, zal al wat mannelijk van hem is besneden worden en dan zal hij naderbij komen om dat te doen. En hij wordt als een inheemse van het land. En elke onbesnedene zal er niet van eten.
49 Eén wet zal het zijn voor de inheemse en voor de tijdelijke verblijver die tijdelijk verblijft in jullie midden."
50 En alle zonen van deden zoals JAHWEH en instructie gaven. Zo deden zij.
51 En het is in diezelfde dag dat JAHWEH de zonen van doet uitgaan uit het land van , met hun legers.
1) - Het Hebreeuws heeft hier: matzes.
2) - Pascha. Hebreeuws: Pesach, voorbijgaan.
Terug naar de indexpagina
Naar Exodus 13
|
|