|
(Ga met de muis op een naam of tekstverwijzing staan, dan ziet u de betekenis of tekst)
1 En de mens kende , zijn vrouw, en zij werd zwanger en zij baarde . En zij zei: "Ik verwierf een man met JAHWEH!"
2 En zij ging verder met het baren van zijn broeder, . En was herder van kleinvee en diende de grond.
3 En het gebeurde aan het einde van dagen en bracht van de vrucht van de grond een erkenningsoffer aan JAHWEH.
4 Ook bracht van de eerstelingen van zijn kleinvee en van hun vet. En JAHWEH sloeg acht op en op zijn erkenningsoffer.
5 En op en op zijn erkenningsoffer sloeg Hij geen acht. En 's boosheid was uitermate heet. En zijn gezicht viel van hem.
6 En JAHWEH zei tot : "Waarom is jouw boosheid heet? En waarom is jouw gezichtmv gevallen?
7 Indien je goed deed, zou je het niet opheffen? En indien je niet goed deed, leg een zonde-offer neer voor het portaal. Voor jou is het een impuls en jij heerst over hem."
8 En sprak met , zijn broeder. En het gebeurde bij hun in het veld zijn dat opstond tegen , zijn broeder, en hij hem doodde.
9 En JAHWEH zei tot : "Waar is , jouw broeder?" En hij zei: "Ik weet het niet! Ben ik oppasser van mijn broeder?"
10 En Hij zei: "Wat deed je? De stem van het bloedmv van jouw broeder schreeuwt tot Mij vanaf de grond!
11 En nu, vervloekt ben je, weg vanaf de grond die haar mond wijd open doet om het bloedmv van jouw broeder van jouw hand tot zich te nemen.
12 Wanneer jij de grond dient zal zij niet doorgaan jou van haar energie te geven. Dolend en zwervend ben jij op de aarde."
13 En zei tot JAHWEH: "Mijn verdorvenheid is te groot om te dragen.
14 Aanschouw, U drijft mij vandaag uit vanaf de oppervlakte van de grond en vanaf Uw aangezichtmv word ik verborgen, en ik ben een dolende en een zwervende op de aarde. En indien iemand mij vind, hij doodt mij."
15 En JAHWEH zei daarom tot hem: "Iemand die doodt, zevenvoudig wordt hij gewroken!" En JAHWEH plaatste voor een teken, zodat iemand die hem vindt hem niet zal neerslaan.
16 En ging uit van voor het gezicht van JAHWEH en hij woonde in het land van , ten oosten van Eden.
17 En kende zijn vrouw en zij werd zwanger. En zij baarde . En hij bouwde een stad en noemde de naam van de stad naar de naam van zijn zoon, .
18 En aan werd geboren. En verwekte . En verwekte en verwekte .
19 En nam tot zichzelf twee vrouwen. De naam van de ene was . En de naam van de tweede was .
20 En baarde . Hij was de vader van de tentbewoners en van de veehoeders.
21 En de naam van zijn broeder was . Hij was de vader van elk die de harp en de herdersfluit hanteert.
22 En ook , zij baarde , de smid van elk koperen en ijzeren werktuig. En de zuster van was .
23 En zei tot zijn vrouwen, en : "Hoort naar mijn stem, vrouwen van ! Geeft gehoor aan wat ik zeg! Want ik doodde een man vanwege mijn verwonding en een jongen vanwege mijn striem.
24 Want wordt zevenvoudig gewroken, en zeventig en zeven."
25 En kende opnieuw zijn vrouw en zij baarde een zoon, en zij noemde zijn naam: , "Want Elohim stelde voor mij een ander zaad, in plaats van , want doodde hem."
26 En ook aan werd een zoon geboren en hij noemde zijn naam: . Dan wordt begonnen aan te roepen in de naam van JAHWEH.
Terug naar de indexpagina
Naar Genesis 5
|
|