|
(Ga met de muis op een groene naam staan, dan ziet u de betekenis. Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst. Klik op "Commentaar" en u krijgt een stukje tekst dat slaat op dit vers)
1 En binnenkomend kwam Hij doorheen °.
[Commentaar]
2 En neem waar, daar was een man die genoemd wordt. En hij was hoofdtol-incasseerder en hij was rijk.
[Commentaar]
3 En hij zocht ° waar te nemen, om te zien wie Hij is. En hij kon het niet vanwege de schare, omdat hij klein van °postuur was.
[Commentaar]
4 En vooruit lopend tot vooraan, klom hij omhoog, op een wilde vijgenboom, opdat hij Hem zal waarnemen, omdat Hij op het punt stond daar doorheen te komen.
5 En toen Hij op die °plaats kwam, nam °, omhoog kijkend*, hem waar en zei tot hem: ", je haastend*, daal af, want vandaag is het voor Mij bindend in jouw °huis te blijven*."
6 En zich haastend* daalde hij af en ontvangt* Hem gastvrij, zich verheugend.
7 En het waarnemend mopperden allen, zeggend dat Hij binnen kwam bij een man die zondaar is, om te overnachten*.
8 Staande nu zei ° tot de Heer: "Neem waar, de helften van de mij toebehorende dingen, Heer, geef ik aan de armen en indien ik iemand afpers*te geef ik hem viervoudig terug."
[Commentaar]
9 ° nu zei tot hem: "Vandaag gebeurde aan dit °huis redding, omdat ook hij zoon van is.
[Commentaar]
10 Want de Zoon van de mens kwam om het verlorene te zoeken* en te redden*."
11 Toen zij deze dingen nu hoorden, zei Hij, toevoegend, een parabel, vanwege dat Hij dichtbij was* en zij menen dat het koninkrijk van ° ogenblikkelijk op het punt staat op te doemen.
[Commentaar]
12 Hij dan zei: "Een zekere mens, een edele, ging tot in een ver gelegen landstreek om voor zichzelf een koninkrijk in ontvangst te nemen en dan terug te keren*.
[Commentaar]
13 En tien van zijn eigen slaven roepend*, geeft* hij aan hen tien mina's1) en zei tot hen: 'Weest bezig, totdat ik kom."
14 Maar zijn °burgers haatten hem en zij vaardigen* een gezantschap af, hem achterna, zeggend: 'Wij willen niet dat deze koning is* over ons.'
[Commentaar]
15 En het gebeurde* bij zijn °terugkomen, het koninkrijk in ontvangst nemend, dat hij zei deze °slaven tot hem te ontbieden* aan wie hij het zilvergeld had gegeven, opdat hij zal weten welke zaken zij doen*.
16 De eerste nu kwam aan, zeggend: 'Heer! Uw °mina maakt* winst, tien mina's.'
17 En hij zei tot hem: 'Voortreffelijk, goede slaaf! Want in het minste werd jij betrouwbaar. Wees autoriteit hebbend over tien steden.'
18 En de tweede kwam, zeggend: 'Heer! Uw °mina maakte* vijf mina's.'
19 Hij nu zei ook tot deze: 'En jij, word gezaghebber over vijf steden.'
20 En de andere kwam, zeggend: 'Heer! Neem waar, uw °mina, die had ik weggelegd in een zweetdoek,
21 want ik vreesde u. Want u bent een hardvochtig mens. U neemt weg wat u niet plaatst* en u oogst wat u niet zaait*.'
22 Hij nu zegt tot hem: 'Vanuit jouw °mond zal ik jou oordelen, jij boosaardige slaaf. Jij had waargenomen dat ik een hardvochtig mens ben, wegnemend wat ik niet plaats* en oogstend wat ik niet zaai*.
23 En waarom gaf* jij mijn °zilvergeld niet aan de bank, en ik, ooit komend, er samen met rente ooit mee handel*.'
24 En tot die er bij staan zei hij: 'Neemt van hem de mina af en geeft ze aan die de tien mina's heeft.'
25 En zij zeggen* tot hem: 'Heer, hij heeft tien mina's!'
26 'Ik zeg tot jullie dat aan elk die heeft gegeven zal worden, maar vanaf die niet heeft zal ook wat hij heeft vanaf hem weggenomen worden.
27 Evenwel, dezen, mijn °vijanden, die niet willen* dat ik koning over hen ben*, leidt hen hier en maakt hen totaal af, vlak voor mij!'"
[Commentaar]
28 En deze dingen zeggend, ging Hij van voren, omhoog gaand tot in .
[Commentaar]
[Commentaar]
29 En het gebeurde als Hij tot en nadert*, tegenover de berg die de Olijven wordt genoemd, dat Hij twee van Zijn °leerlingen afvaardigt*,
30 zeggend: "Gaat heen tot in het ten aanschouwen van ons liggende dorp, waarin jullie, binnengaand, een veulen zullen vinden, vastgebonden zijnde, waarop nooit iemand van de mensen is gaan zitten* en leidt hem, losmakend*, tot hier.
31 En in het geval dat iemand jullie zal vragen: 'Vanwege wat maken jullie het los?,' zullen jullie zo tot hem spreken: 'Omdat zijn °Heer behoefte heeft!'"
[Commentaar]
32 En wegkomend vonden die afgevaardigd zijn het, zoals Hij tot hen zei.
33 Bij hun losmaken van het veulen zeggen* zijn °heren tot hen: "Waarom maken jullie het veulen los?"
34 Zij nu zeggen*: "Omdat zijn °Heer behoefte heeft."
35 En zij leidden het naar ° toe. En hun °bovenkleding op het veulen gooiend*, doen zij ° opstijgen*.
36 En bij Zijn gaan strooiden zij hun eigen °bovenkleding op de weg.
37 En reeds bij Zijn naderen tot de afdaling van de , beginnen* zij, heel de menigte van de leerlingen, zich verheugend, ° met grote stem te lofprijzen om alle machten die zij waarnamen,
[Commentaar]
[Commentaar]
38 zeggend: "Gezegend wordt de Koning Die komt in de naam van de Heer! In de hemel vrede en heerlijkheid onder de hoogsten!"
-
[Commentaar]
39 En enigen van de Farizeeërs uit de schare zeggen* tot Hem: "Leraar! Vermaan uw ° leerlingen!"
40 En antwoordend zei Hij tot hen: "Ik zeg tot jullie, in het geval dat dezen stil zullen zijn, de stenen zullen schreeuwen!"
[Commentaar]
41 En als Hij, waarnemend, de stad nadert*, huilt* Hij over haar,
[Commentaar]
42 zeggend: "Indien jij maar wist, zeker ook in deze °dag, ook jij, de dingen die naar vrede toe leiden! Maar nu werd het vanaf jouw ogen verborgen.
[Commentaar]
43 Want dagen zullen op jou arriveren en jouw °vijanden zullen een pallisadewal om jou heen werpen en zij zullen jou van alle kanten omsingelen en zij zullen jou van alle kanten samendrukken.
[Commentaar]
44 En zij zullen jou, en jouw °kinderen in jou, met de grond gelijk maken en zij zullen in jou geen steen op steen laten, omdat jij niet de periode van jouw °omzien wist."
-
[Commentaar]
45 En binnenkomend tot in de gewijde plaats begint* Hij die er in verkopen en kopen uit te werpen,
[Commentaar]
[Commentaar]
46 tot hen zeggend: "Het is geschreven: 'En Mijn °huis zal een huis van gebed zijn', maar jullie maken* het een grot van rovers ."
-
[Commentaar]
47 En Hij onderwees dagelijks in de gewijde plaats, maar de hogepriesters en de schriftgeleerden en de voornaamsten van het volk zochten Hem om te brengen*.
48 En zij vonden het niet wat zij zouden doen, want al het volk, horend, hing Hem aan.
[Commentaar]
1) Minas. De mina was oorspronkelijk een oosterse gewichtseenheid, die door de Grieken werd overgenomen. Een Atheense mina woog ongeveer 431 gram.
Terug naar de index.
Naar Lucas 20
|
|