|
(Ga met de muis op een groene naam staan, dan ziet u de betekenis. Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst. Klik op "Commentaar" en u krijgt een stukje tekst dat slaat op dit vers)
1 En weer begint* Hij te onderwijzen bij de zee en een zeer grote schare verzamelt zich bij Hem, zodat, om te zitten, Hij tot in het schip instapt*, in de zee. En heel de schare was op het land, bij de zee.
[Commentaar]
[Commentaar]
2 En Hij onderwees hen in parabels vele dingen en Hij zei tot hen in Zijn °onderwijs:
3 "Hoort! Neem waar! De zaaier kwam uit om te zaaien.
[Commentaar]
4 En het gebeurde bij het zaaien dat inderdaad zaad naast de weg valt*. En de vliegende schepsels kwamen en aten het op.
5 En ander zaad valt* op de rotsachtige plaats, waar het niet veel aarde had. En meteen schiet* het op, omdat het geen diepte van aarde had.
6 En wanneer de zon opgaat* wordt het verschroeid* en vanwege het geen wortel hebben verdort* het.
7 En ander zaad valt* tot in de dorens en de dorens kwamen op en verstikken* het. En het geeft* geen vrucht.
8 En ander zaad valt* tot in de ideale °aarde en het gaf vrucht, opkomend en groeiend. En het ene bracht dertigvoud op en het andere zestigvoud en het andere honderdvoud voort."
9 En Hij zei: "Wie oren heeft om te horen, laat hem horen!"
[Commentaar]
10 En toen Hij in afzondering was, vroegen die rondom Hem waren, samen met de twaalf, over de parabels.
[Commentaar]
11 En Hij zei tot hen: "Aan jullie is het geheim gegeven van het koninkrijk van °, maar aan die van buiten zijn gebeurt alles in parabels,
[Commentaar]
12 opdat kijkende zij zullen kijken, maar dat zij toch niet zullen waarnemen; en horend zullen zij horen en zij zullen toch niet begrijpen, opdat zij niet zouden omkeren en dat aan hen de zondige daden losgelaten zullen worden."
[Commentaar]
13 En Hij zegt tot hen: "Hebben jullie niet deze °parabel waargenomen? En hoe zullen jullie al de parabels weten?
[Commentaar]
14 De zaaier zaait het woord.
[Commentaar]
15 Dezen nu zijn die naast de weg zijn, waar ook maar het woord wordt gezaaid. En wanneer ook maar zij zouden horen, komt meteen de en neemt het tot in hen gezaaid zijnde woord weg.
16 En dezen zijn, evenzo, die op de rotsachtige plaatsen gezaaid worden, die, wanneer zij ook maar het woord zouden horen, het meteen met vreugde in ontvangst nemen.
17 En zij hebben geen wortel in zichzelf, maar zijn tijdelijk. Daarna, bij het komen van verdrukking of vervolging vanwege het woord, worden zij meteen verstrikt.
18 En anderen zijn die welke tot in de dorens worden gezaaid. Dezen zijn die het woord horend°,
19 en de bezorgdheden van deze °aion en de verleiding van de rijkdom en de begeerten aangaande de overige dingen binnen gaande, het woord verstikken en het wordt onvruchtbaar.
20 En dezen zijn die op de ideale aarde gezaaid worden, die het woord horen en het aannemen en vrucht voortbrengen, één dertigvoud en één zestigvoud en één honderdvoud."
21 En Hij zei tot hen: "Het is toch niet dat de lamp komt opdat hij onder het maatvat geplaatst zal worden of onder het ligbed? Is het niet opdat hij op de lampstandaard geplaatst zal worden?
[Commentaar]
[Commentaar]
22 Want niets is verborgen dat niet openbaar gemaakt zal worden en ook werd het niet verhuld, maar opdat het tot in het openbaar zal komen.
23 Indien iemand oren heeft om te horen, laat hem horen!"
24 En Hij zei tot hen: "Kijkt uit wat jullie horen! Met welke maat jullie meten, zal het aan jullie gemeten worden en het zal aan jullie toegevoegd worden.
[Commentaar]
[Commentaar]
25 Want wie heeft, het zal aan hem gegeven worden, en wie niet heeft, ook wat hij heeft zal van hem weggenomen worden."
[Commentaar]
26 En Hij zei: "Zo is het koninkrijk van °: als in het geval dat een mens het zaaigoed zou werpen op de aarde,
[Commentaar]
27 en hij zal sluimeren en gewekt worden, nacht en dag, en het zaaigoed zal ontkiemen en het zal langer worden, zoals hij niet zelf waargenomen heeft.
28 Vanzelf brengt de aarde vrucht voort, eerst de halm, daarna de aar, daarna het volle graan in de aar.
29 Wanneer nu ook maar de vrucht zal overleveren, meteen vaardigt hij de sikkel af, want de oogst staat er bij."
30 En Hij zei: "Hoe zouden wij het koninkrijk van ° gelijkend maken? Of in welke parabel zullen wij haar plaatsen?
[Commentaar]
[Commentaar]
31 Als met een zaadkorrel van mosterd, die, wanneer deze ook maar gezaaid zal worden op de aarde, kleiner is dan al de zaden die op de aarde zijn,
32 en wanneer ook maar het gezaaid zal worden, komt het op en wordt het groter dan alle °groenten en het maakt grote takken, zodat onder zijn °schaduw de vliegende schepsels van de hemel nestelen."
33 En Hij sprak het woord tot hen in veel van zulke parabels, zoals ze konden horen.
[Commentaar]
34 Los van een parabel, echter, sprak Hij niet op deze wijze tot hen. Aan Zijn °eigen leerlingen echter legde Hij alles uit.
35 En Hij zegt tot hen in die °dag, toen het avond werd: "Wij zullen doorgaan tot in de overkant."
[Commentaar]
36 En de schare achter latend, nemen zij Hem mee, zoals Hij was, in het schip. En andere schepen waren bij Hem.
37 En er kwam een grote stormvlaag van wind en de golven wierpen zich op tot in het schip, zodat het schip reeds tot de rand gevuld werd.
[Commentaar]
38 En Hij was Zelf in het achterschip, op het hoofdkussen, sluimerend. En zij schudden Hem wakker en zeggen tot Hem: "Leraar, deert het U niet dat wij vergaan?"
39 En wakker geschud wordend vermaant* Hij de wind en zei tot de zee: "Wees stil! Wees verstomd!" En de wind bedaart* en er kwam een grote kalmte op het water.
40 En Hij zei tot hen: "Waarom zijn jullie zo timide? Waarom hebben jullie geen geloof?"
41 En zij werden bevreesd met grote vrees en zij zeiden tot elkaar: "Wie toch is Deze, dat ook de wind en de zee Hem gehoorzamen?"
Terug naar de index.
Naar Marcus 5
|
|