|
(Ga met de muis op een versverwijzing staan, dan ziet u de tekst, ga met de muis op een groen woord staan, dan ziet u de betekenis)
1 De last van , die , zoon van , waarnam.
2 Heft een vaandel op, op een bergkam. Verheft de stem naar hen! Wuift een hand en zij zullen de portalen van de vooraanstaande binnen komen.
3 Ik, Ik gaf instructie aan Mijn geheiligden. Ook riep Ik Mijn machtige mannen tot Mijn boosheid, de vrolijken van Mijn indrukwekkendheid.
4 Een geluid van een schare op de bergen is een gelijkenis van veel volk, een geluid van koninkrijken, van naties die zich verzamelen. JAHWEH van legermachten monstert het leger van de strijd.
5 Zij komen van een ver land, vanaf het einde van de hemelen, JAHWEH en de instrumenten van Zijn verontwaardiging, om heel de aarde te schaden.
6 Jammert, want nabij is de dag van JAHWEH! Hij zal als een verwoesting komen van Die toereikend verschaft.
7 Vanwege dit zullen alle handen verslappen en het hart van elke sterveling zal smelten.
8 En zij zullen geagiteerd worden. Weeën en krampen zullen aangrijpen, zoals de barende vrouw hebben zij barensweeën. Een man zal versteld staan over zijn naaste. Hun aangezichten zijn als het aangezicht van een vuurgloed!
9 Aanschouw, de dag van JAHWEH komt, wreed en razernij en hitte van boosheid, om de aarde tot een troosteloosheid te maken. En Hij zal hun zondaren vanaf haar uitroeien.
10 Want de sterren van de hemelen en hun sterrenbeelden, zij zullen hun licht niet doen stralen. De zon is donker bij zijn uitgaan en de maan zal zijn licht niet helder maken.
11 En Ik zal gericht op de wereld brengen en hun verdorvenheid op de slechten. En Ik roei de praal van de arroganten uit en de trots van de verschrikkers zal Ik omlaag brengen.
12 Ik zal een sterveling kostbaarder maken dan schitterend goud en een mens dan gewaarmerkt goud van .
13 Vanwege dit zal Ik de hemelen verstoren en zal de aarde vanaf haar plaats schudden in de razernij van JAHWEH van legermachten. En het is in de dag van de hitte van Zijn boosheid.
14 En men wordt als een gazelle die wegvlucht en als de kudde kleinvee. En er is geen man die bijeen brengt tot zijn volk. Zij zullen zich omwenden en elk zal vluchten naar zijn land.
15 Elkeen die gevonden wordt zal doorstoken worden en elk die verzameld wordt zal vallen door het zwaard.
16 En hun kleine kinderen zullen voor hun ogen uiteengespat worden, hun huizen zullen leeggeroofd worden en hun vrouwen zullen beslapen worden.
17 Aanschouw Mij! Ik wek de Meden tegen hen op, die zilver en goud niet achten - zij scheppen er geen behagen in.
18 Maar bogen doen de jongeren uiteenspatten en met de vrucht van de buik zullen zij geen mededogen hebben. En met zonen zal hun oog geen medelijden hebben.
19 En , statigheid van de koninkrijken, de schoonheid van de trots van de Chaldeeën, zal worden als de ondersteboven kering van Elohim van en .
20 Het zal niet bestendig bewoond worden en zij zal geen verblijfplaats zijn van generatie tot generatie. En de Arabier zal daar geen tent opslaan en herders zullen daar niet doen neerliggen.
21 Maar daar liggen woestijndieren neer en hun huizen zijn vol van uilen. En de dochters van de struisvogel verblijven daar en harige geiten zullen daar dansen.
22 En woestijnjankers zullen zijn weduwen antwoorden en jakhalzen in de paleizen van groot genoegen. En haar tijd komt nabij en haar dagen zullen niet gerekt worden.
Terug naar de indexpagina
Naar Jesaja 14
|
|