Dit is een eigen SchriftWoord vertaling van
Jesaja
Hoofdstuk 17

Jesaja trad op van ca. 750 tot ca. 700 v.C.

   
(Ga met de muis op een versverwijzing staan, dan ziet u de tekst,
ga met de muis op een groen woord staan, dan ziet u de betekenis)

1 Een last over DamascusDamascus = vergoten bloed, of: bedrijvig. Aanschouw, DamascusDamascus = vergoten bloed, of: bedrijvig is weggenomen van het zijn van een stad en het is een puinhoop, een vervallen plaats. 3 Zo zegt JAHWEH: Vanwege drie overtredingen van Damascus en vanwege vier zal Ik het niet doen terugkeren, omdat zij Gilead met scherpe punten van ijzer gedorst hebben. 4 En Ik zal vuur zenden in het huis van Hazaël en het zal de burchten van Ben-Hadad verslinden. 5 En Ik zal de vergrendeling van Damascus breken en Ik zal de inwoner van het Dal van Aven afsnijden en die de scepter hoog houdt vanaf Bet-Eden. En het volk van Aram zal naar Kir gedeporteerd worden, zegt JAHWEH. (SW) [Amos 1:3-5]
2 Verlaten zijn de steden van AroërAroër = ruïne, zij zullen worden voor bijeengedreven kudden, en zij zullen er neerliggen en er is niemand die ze doet beven.
3 De vesting wordt uitgeroeid uit EfraïmEfraïm = dubbel vruchtbaar en het koningschap uit DamascusDamascus = vergoten bloed, of: bedrijvig en een overblijfsel uit AramAram = hoog zal zijn als de heerlijkheid van de zonen van IsraëlIsraël = strijder van God, zegt JAHWEH van legermachten met nadruk.
4 En het is in die dag dat de heerlijkheid van JakobJakob = hielenlichter verarmd zal worden en de welgedaanheid van zijn vlees mager gemaakt zal worden.
5 En het zal zijn als het verzamelen van de oogst, het staande koren, dat zijn arm de korenaren oogst en het zal zijn zoals men korenaren raapt in de vallei van RefaïmRefaïm = een geslacht van reuzen.
6 En er blijven oogstresten in over, zoals bij het afslaan van de olijfboom, twee, drie vastzittende bessen in de top van de top, vier, vijf in haar overhangende, vruchtbare takken, zegt JAHWEH, Elohim van Israël, met nadruk.
7 In die dag zal de mens acht slaan op zijn Maker en zijn ogen zullen opzien naar de Heilige van IsraëlIsraël = strijder van God.
8 En hij zal geen acht slaan op de altaren, het maaksel van zijn handen, en wat zijn vingers maakten zal hij niet zien, en de Asjerapalen en de wierookstandaarden.
9 In die dag zal het zijn dat de steden van zijn bolwerk als verlaten plaatsen van het bouwland en de bergtop zijn, die zij verlieten vanwege het aangezicht van de zonen van IsraëlIsraël = strijder van God. En het wordt troosteloosheid.
10 Want jij vergat de Elohim van jouw redding en de Rots van jouw bolwerk gedacht jij niet. Vanwege dit zal jij aangename planten planten en het stekje van de onbekende zal jij zaaien.
11 In de dag van jouw planten zal jij grote groei krijgen en in de ochtend van jouw zaaien zal jij uitbottingen vinden. Maar de oogst zal een vervluchtiging zijn in een dag van barensnood en pijn van een dodelijk zieke.
12 Wee, het rumoer van vele volken! Zoals de zeeën rumoer maken, zo maken zij rumoer, als het tumult van de volkstammen! Als het tumult van overvloedige wateren, zo maken zij tumult!
13 De volkstammen, zoals het tumult van vele wateren maken zij tumult. Maar Hij zal hen berispen en hij zal ver weg vluchten. En hij wordt achtervolgd als rommel van de bergen voor het aangezicht van de wind en als de werveldistel voor het aangezicht van de wegvagende wervelwind.
14 Bij de avondtijd, en aanschouw, uiteenvallen! Maar voordat de ochtend er is, is hij niet meer. Dit is de portie van die ons beroven en het lot van die ons plunderen.

Terug naar de indexpagina
Naar Jesaja 18
   


© www.schriftwoord.nl
U mag deze tekst voor eigen gebruik en studie-doeleinden zonder toestemming vermenigvuldigen.
Citeren van deze tekst mag alleen met bronvermelding.
Vermenigvuldiging voor commercieel gebruik alleen met toestemming van de uitgever.