|
(Ga met de muis op een naam of tekstverwijzing staan, dan ziet u de betekenis of tekst)
1 En doet de hele vergadering van de zonen van samenkomen en hij zegt tot hen: "Deze zijn de woorden die JAHWEH instructie geeft te doen.
2 Zes dagen zal men werk doen en in de zevende dag zal voor jullie heiligheid zijn, een sabbat van ophouden tot JAHWEH. Iedereen die er werk in doet zal ter dood gebracht worden.
3 Jij zal geen vuur verteren in enige van jullie woningen in de dag van de sabbat."
4 En spreekt tot heel de vergadering van de zonen van , zeggend: "Dit is het woord dat JAHWEH ter instructie geeft, zeggend:
5 'Neemt van wat met jullie als een hefoffer aan JAHWEH. Een ieder die bereidwillig is in zijn hart, zal het brengen, het hefoffer van JAHWEH: goud en zilver en koper,
6 en blauw en purper en herhaald gedompelde karmozijn, en glanzend batist en geitenhaar,
7 en rood gemaakte huiden van rammen en huiden van hemelsblauwen en acaciahoutmv,
8 en olie voor de lichtgever en geurige stoffen voor de zalfolie en de specerijen voor de wierook,
9 en onyxstenen en stenen voor de opvullingen van de efod en voor het borstschild.
10 En allen onder jullie die wijs van hart zijn, zullen komen en zij zullen alles maken wat JAHWEH instructie gaf:
11 de verblijfplaats, zijn tent en zijn bedekking, zijn schakels en zijn raamwerkdelen, zijn dwarsbalken, zijn kolommen en zijn voetstukken,
12 de kist en zijn draagstokken, de beschutplaats en het gordijn van het deurgordijn,
[Commentaar]
13 de tafel en zijn draagstokken, en al zijn voorwerpen en het brood van de aanwezigheid,
14 en de lampenstandaard van de verlichting en zijn voorwerpen, en zijn lampen en en de olie van de lichtgever,
15 en het altaar van de wierook en zijn draagstokken, en de olie van de zalving, en de specerijen van de wierook, en het deurgordijn van de opening om de verblijfplaats te openen,
16 het altaar van het opstijgoffer en het koperen rooster dat er bij hoort, zijn draagstokken en al zijn voorwerpen, het wasvat en zijn onderstel,
17 en de gedrapeerde gordijnen van de hof, zijn kolommen en zijn voetstukken, en het deurgordijn van de poort van de hof,
18 de pinnen van de verblijfplaats en de pinnen van de hof, en hun koorden,
19 en de kleurig geweven kledingstukken om dienst te verrichten in de heilige plaats, de kledingstukken van de heiligheid voor , de priester, en de kledingstukken van zijn zonen, om als priester te dienen.'"
20 En heel de vergadering van de zonen van gaat uit van voor het aangezicht van .
21 En elke man van wie zijn hart hem droeg en iedereen van wie zijn geest hem gewillig maakte, komt. Zij brengen een hefoffer van JAHWEH voor het werk van de tent van de afspraak en voor al zijn dienst en voor de kledingstukken van de heiligheid.
22 En de mannen komen, samen met de vrouwen, allen die bereidwillig van hart zijn. Zij brengen gesp en hanger en ring en gevlochten sieraad, elk voorwerp van goud. En elke man die iets had, wuift een wuifoffer van goud tot JAHWEH.
23 En elke man die bij zich blauw en purper en herhaald gedompeld karmozijn en glanzend batist en geitenhaar en rood gemaakte huiden van rammen en huiden van hemelsblauwen vond, bracht ze.
24 Allen die een hefoffer opheffen van zilver en koper, brengen een hefoffer van JAHWEH. En allen die bij zich acaciahoutmv vonden voor al het werk van de dienst, brengen het.
25 En elke vrouw, wijs van hart, spon met haar handen. En zij brachten het gesponnene, het blauw en het purper en het herhaald gedompelde karmozijn en het glanzende batist.
26 En alle vrouwen van wie het hart hen in wijsheid ingaf, sponnen de geitenharen.
27 En de vorsten brachten stenen van de onyx en stenen van de opvullingen voor de efod en voor het borstschild,
28 en de geurige stof en de olie voor de lichtgever en voor de olie van de zalving en de specerijen voor de wierook.
29 Elke man en vrouw van wie het hart hen gewillig maakte om aan te brengen voor al het werk dat JAHWEH instructie gaf om te doen door de hand van , brachten het de zonen van als een vrijwillig offer aan JAHWEH.
30 En zegt tot de zonen van : "Ziet! JAHWEH noemde bij naam , zoon van , zoon van , uit het stamhuis van ,
31 en Hij vervult hem met geest van Elohim, met wijsheid, met verstand en met kennis en met alle werk,
32 en om ontwerpen te ontwerpen, in goud te maken en in zilver en in koper,
33 en in vakmanschap van steen tot opvullen en in vakmanschap van hout, om al het werk van het ontwerp te maken.
34 En Hij gaf in zijn hart om aanwijzingen te geven, hij en , zoon van , uit het stamhuis van .
35 Hij vulde hen met wijsheid van hart om al het werk van de vakman en de ontwerper te doen, en de borduurder in het blauw en in het purper en in het herhaald gedompelde karmozijn en in het glanzende batist, en de wever, al het werk doende en ontwerpers van ontwerpen.
Terug naar de indexpagina
Naar Exodus 36
|
|