|
(Ga met de muis op een naam of tekstverwijzing staan, dan ziet u de betekenis of tekst)
1 Het gebeurt in de dagen van , koning van , , koning van , , koning van , en , koning van naties,
2 dat zij oorlog voerden met , koning van , en met , koning van , , koning van , en , koning van en koning van (dit is ).
3 Al deze voegden zich samen in de vallei van de Siddim, dat is de Zoutzee.
4 Twaalf jaren dienden zij en in het dertiende jaar komen zij in opstand.
5 En in het veertiende jaar kwam en de koningen die met hem zijn en zij verslaan de Refaïm1) in en de Zuzim2) in en de Emim3) in ,
6 en de Chorieten in hun gebergte , tot aan , dat is bij de wildernis.
7 En zij keren terug en zij komen te en zij slaan heel het veld van de Amalekiet neer, en ook de Amoriet die woont in .
8 En de koning van en de koning van en de koning van en de koning van en de koning van (dat is ) gingen uit en zij stelden zich in slagorde op voor de strijd met hen in de vallei van de ,
9 met , koning van , en , koning van naties, en , koning van , en , koning van ; vier koningen tegen de vijf.
10 En de vallei van de Siddim had putten, putten van asfalt. En de koningen van en van vluchten en zij vallen daar. En die overbleven vluchtten naar het gebergte.
11 En zij nemen alle goederen van en en al hun voedsel. En zij gaan weg.
12 En zij nemen , de zoon van 's broeder, en al zijn goederen en zij gaan weg. En hij woonde in .
13 En die ontkomen was komt en hij vertelt , de Hebreeër. En hij verblijft te midden van de eiken van , de Amoriet, de broeder van en broeder van , en zij zijn de bezitters van een verbond met .
14 En hoorde dat zijn broeder krijgsgevangen werd genomen. En hij haalt aan hem toegewijden uit zijn huis, geborenen uit zijn huis, driehonderd en achttien. En hij achtervolgt tot aan .
15 En hij verdeelde hen bij nacht, hij en zijn dienaren, en hij slaat hen neer en hij achtervolgt hen tot aan , dat is links van .
16 En hij bracht alle goederen terug en ook , zijn broeder, en zijn goederen, en ook de vrouwen en het volk.
17 En de koning van gaat uit om hem te ontmoeten, na zijn terugkeer van het neerslaan van en de koningen die met hem waren in de vallei van Sawe (dat is de vallei van de koning).
18 En , koning van , doet brood en wijn uitgaan. En hij was priester van El, de Allerhoogste.
19 En hij zegent hem en hij zegt: "Gezegend zij door El, de Allerhoogste, Eigenaar van hemelen en aarde.
20 En gezegend is El, de Allerhoogste, Die jouw benauwers in jouw hand toekende." En hij geeft hem een tiende van alles.
21 En de koning van zegt tot : "Geef mij de zielen en neem de goederen voor jezelf."
22 En zegt tot de koning van : "Hoog hef ik mijn hand op tot JAHWEH, El, Allerhoogste, Eigenaar van de hemelen en de aarde.
23 Indien ik vanaf een draad of een vetersluiting van een sandaal neem of iets dat van jou is, zul jij dan niet zeggen: 'Ik, ik maakte rijk'?
24 Dit zij verre van mij. Maar wat de knapen eten en de portie van de mannen die met mij mee gingen, , en , zij nemen hun portie."
1) Refaïm - een geslacht van reuzen.
2) Zuzim - de rustelozen, de rondzwervenden. Veel geleerden identificeren de Zuzim als de Zamzummim, een stam van de Refaïm.
3) Emim - de Moabitische naam voor een van de stammen van de Refaïm.
Terug naar de indexpagina
Naar Genesis 15
|
|