|
(Ga met de muis op een naam of tekstverwijzing staan, dan ziet u de betekenis of tekst)
1 En JAHWEH spreekt tot , zeggend:
2 "Spreek tot de zonen van en zeg tot hen: 'Wanneer iemand een buitengewoon plechtige belofte maakt aan JAHWEH, over jouw taxatie van zielen,
3 dan is jouw taxatie voor de mannelijke zoon van twintig jaren tot aan een zoon van zestig jaren, dan is jouw taxatie vijftig shekels zilver, naar de shekel van de heilige plaats.
4 En indien zij vrouwelijk is is jouw taxatie dertig shekels.
5 Indien het is van een zoon van vijf jaren tot aan een zoon van twintig jaren, dan is jouw taxatie voor de mannelijke twintig shekels en voor de vrouwelijke tien shekels.
6 En indien het van een zoon van een maand tot aan een zoon van vijf jaren is, dan is jouw taxatie voor de mannelijke vijf shekels zilver en voor de vrouwelijke is jouw taxatie drie shekels zilver.
7 En indien het is van een zoon van zestig jaren en opwaarts, dan is jouw taxatie vijftien shekels en voor de vrouwelijke tien shekels.
8 En indien hij armer is dan jouw taxatie, dan doet men hem voor het aangezicht van de priester staan en de priester taxeert hem. Naar wat de hand van degene die plechtig belooft veroorlooft taxeert de priester hem.
9 En indien het een beest is dat zij naderbij brengen als naderingsgeschenk aan JAHWEH, al wat hij er van geeft aan JAHWEH zal heiligheid zijn.
10 Hij wisselt het niet om en hij verruilt het niet, goed voor ondeugdelijk of ondeugdelijk voor goed. En indien hij een beest verruilt voor een beest, dan is dit en zijn inwisseling heiligheid.
11 En indien enig beest onrein is, daarvan zullen zij niets naderbij brengen als naderingsgeschenk aan JAHWEH. Dan doet men het beest staan voor het aangezicht van de priester,
12 en de priester taxeert het tussen goed en tussen ondeugdelijk. Naar uw taxatie, priester, zo is het!
13 En indien het gaat om inlossen van schuld, dan lost hij er de schuld mee, en hij voegt een vijfde er van toe aan jouw taxatie.
14 En wanneer een man zijn huis heiligt als heiligheid voor JAHWEH, dan taxeert de priester het tussen goed en tussen ondeugdelijk. Zoals de priester het taxeert, zo voert hij het uit.
15 En indien die heiligt de schuld van zijn huis inlost, dan voegt hij een vijfde toe aan het zilver van jouw taxatie toe en het wordt van hem.
16 En indien een man van het veld van zijn grondbezit heiligt voor JAHWEH, dan wordt jouw taxatie overeenkomstig van het zaad er van, een homer gerstezaad per vijftig zilveren shekels.
17 Indien hij zijn veld heiligt vanaf het jubeljaar, voert hij het uit naar jouw taxatie.
18 En indien hij zijn veld heiligt na het jubeljaar, dan berekent de priester voor hem het zilver in overeenstemming met de jaren die resteren tot aan het jubeljaar en het wordt van jouw taxatie verminderd.
19 En indien degene die heiligt schuld inlost, ja schuld inlost voor het veld, dan voegt hij een vijfde aan zilver toe aan jouw taxatie er van, en het behoort hem toe.
20 En indien hij niet de schuld van het veld inlost en indien hij het veld verkoopt aan een andere man, zal het niet opnieuw verlost worden.
21 En het veld, bij het uitgaan er van in het jubeljaar, is heiligheid voor JAHWEH, als een veld van wijding. Het zal grondbezit van de priester worden.
22 En indien het een veld van zijn verwerving is, dat niet van een veld van zijn grondbezit is dat hij heiligt voor JAHWEH,
23 dan berekent de priester voor hem de vaststelling van jouw taxatie tot aan het jaar van het jubeljaar en hij geeft jouw taxatie op die dag als heiligheid aan JAHWEH.
24 In het jaar van het jubeljaar keert het veld terug naar hem die het verwierf, naar hem die het land in grondbezit heeft.
25 En al jouw taxaties zijn in shekels van de heilige plaats. Twintig gera zal de shekel zijn.
26 Maar de eerstgeborene onder het beest dat als eerstgeborene gewijd is aan JAHWEH, zal niemand heiligen, of het nu een stier of een stuk kleinvee is, het is van JAHWEH.
27 En indien het uit de onreine beesten is, dan koopt men het vrij naar jouw taxatie en men voegt een vijfde er aan toe. En indien de schuld niet wordt ingelost, dan wordt het naar jouw taxatie verkocht.
28 Echter elk gewijd ding dat een man wijdt aan JAHWEH, van al wat van hem is van mens en beest en van het veld van zijn grondbezit, het zal niet verkocht en niet verlost worden. Elk gewijd ding is heiligheid van heiligheden voor JAHWEH.
29 Iedere gedoemde die door de mensen gedoemd is wordt niet vrijgekocht; hij wordt ter dood gebracht, ja ter dood gebracht.
30 En elke tiende van het land, van het zaad van het land en van de vrucht van de boom, is voor JAHWEH. Het is heiligheid voor JAHWEH.
31 En indien een man van zijn tiende inlost, ja inlost, zal hij een vijfde er van aan toevoegen.
32 En elke tiende van het grootvee en van het kleinvee, al wat onder de knuppel passeert, de tiende is heiligheid voor JAHWEH.
33 Men zoekt niet na tussen het goede en tussen het ondeugdelijke en men zal ze niet verruilen. Maar indien men verruilt, ja verruilt, dan wordt dit en het ingewisselde heiligheid; het wordt niet verlost.'"
34 Dit zijn de instructies die JAHWEH aan gaf voor de zonen van , op de berg van .
Terug naar de indexpagina
|
|